1698

Hoewel vorig jaar de Vrede na de Negenjarige Oorlog werd gesloten ontstaat er opnieuw onrust onder de grote Europese landen: Engeland, Frankrijk, Spanje en de Nederlanden. De oorzaak hiervan is dat de Spaanse Koning Carlos II kinderloos overlijdt. Bij testament heeft hij z’n achterneef Jozef Ferdinand tot universeel erfgenaam aangewezen. Echter, zowel de Franse Koning Lodewijk de Veertiende als de Stadhouder-koning Willem III voelen meer voor een verdeling van de Spaanse erfenis. In Londen onderhandelt Willem III met de Franse gezant over de Spaanse Successie (opvolgings)kwestie. Dit leidt op de 11e oktober in ‘s-Gravenhage tot een verdelingsverdrag tussen de Republiek der Verenigde Nederlanden, Engeland en Frankrijk over de Spaanse monarchie. Dit gegeven is van belang omdat de Zuidelijke Nederlanden hierbij een belangrijke rol spelen.

De Russische Tsaar Peter de Grote verblijft dit jaar vijf maanden incognito in ons land. Vooral neemt de Tsaar goed op hoe de scheepsbouw en de zaagmolens in de Nederlanden zijn opgezet.

Vermeldenswaard is ook dat er dit jaar een grote voedselschaarste in ons land heerst. Evenals vorig jaar valt er in 1698 buitengewoon veel regen. Aan alle soorten van granen en andere veldgewassen is grote schade toegebracht. Er ontstaat grote schaarsheid van levensmiddelen. Het gevolg daarvan is een grote duurte, zodat men de tarwe tegen twaalf gulden de zak verkoopt. Naar deze prijs regelen zich al de andere levensmiddelen. In verscheidene steden leidt dit tot opstanden onder het volk.

* * *

De benoeming van de nieuwe leden van de magistraat (een burgemeester en drie schepenen) geschiedt dit jaar door Zijne Majesteit van Groot Brittannië, Koning Willem III. Onze stadhouder is in 1695 immers Koning van Engeland geworden.
Tot burgemeester wordt gekozen Michiel Verhage en tot schepenen Jan Bomme, Pieter Blieck en Gerrit van der Leye.

Tot oversten (overdekens) van de gilden worden benoemd de volgende leden van het Stadsbestuur: Dirck Tops over de timmerlieden, Michiel Verhage over de kleermakers, Jan Bomme over de tappers, Pieter Blieck over de wagenaars, Dirck van Delmerhorst over de kramers, Gerrit van der Leye over het Sint Jansgilde voor de arbeiders. Weesmeesters worden Dirck Tops, Daniël van der Schilde en Jacob Broeder en kerkmeesters Michiel Verhage en Jacob Broeder.

Het lid van de vroedschap Dirck van Delmerhorst heeft zich in 1695 vanuit de stad Leiden in Arnemuiden gevestigd. Hij woont aan de Markt in het huis ‘Het Katje’.
Ongenoegen bestaat dit jaar over de gewezen baljuw Kempe. Hij is nalatig om zijn achterstallige huisschatting te betalen.

Ook verscheidene andere functies worden verdeeld. Tot ’stadsdiender’ (algemeen spreekt men over ‘s Heeren Dienaar) wordt aangesteld Francois Warloo. Hij woont in het huis ‘De Bane’ aan het noord/oosteinde van de Langstraat. In de plaats van de naar elders verhuisde stadsbode Laurent Steenbacker wordt benoemd Jacob Meurs. Adriaan Coutzijn en Marinus Adriaensen mogen ‘de bediening van de grofzout mate en het bakenen van de kille’ uitoefenen.

* * *

Arnemuiden had vanouds vijf poorten in de stadswallen. De bekendste zijn de Middelburgse poort, de Veersche poort en de Tolpoort. Ook de poorten verkeren in deze tijd in verval. Zo komen we in juni het bericht tegen dat de Middelburgse Poort slecht is en hiervan ’peryckel te wagten staat’. Om ongemak te voorkomen besluit het Stadsbestuur om de Poort te laten inspecteren ’waar het ‘t meest aan schort’ en hoe deze het best zal kunnen worden hersteld. Tegelijk besluit men de Veersche Poort te repareren ‘met de gaten toe te maken om te blyven staan zo lang mogelyk’. Wel worden de deuren van beide poorten er uit genomen en verkocht voor de som van £ 2:8:6.

Wat dit jaar ook verkocht wordt is ‘de silveren vergulde kelck en de silveren lepel’. De opbrengst hiervan is £ 4:13:3. Vermoedelijk heeft deze kelk deel uitgemaakt van de hoofdprijs in verband met de enkele jaren geleden gehouden loterij.

De verpachting van de gemeentelijke percelen is elk jaar weer een belangrijke gebeurtenis. Het Stadsbestuur houdt ter gelegenheid hiervan jaarlijks een verpachtmaaltijd.

De windkorenmolen wordt opnieuw verpacht aan de molenaar Joris Haeck. Ook de ‘Meulenpolder’ (het huidige Tuindorp) wordt weer voor 7 jaren verpacht aan de brouwer Cornelis Angillis van de bierbrouwerij voor 7 ponden Vlaams per jaar. Dit onder de voorwaarde dal hij gehouden is de dijk van de Molenpolder 5½ voet uit te zetten en ‘van onder tot boven aan de kruin op te vullen en te krammen, dewyl deselve seer slegt is en dient verzwaard te worden’. Ook de zuidzijde van de wal, de singel en de galgenberg worden opnieuw publiek verpacht. Voor de zuidzijde van de wal komt in aanmerking Zacharias de Niet.

Het valt overigens niet mee bij de jaarlijkse verpachting het een ieder naar de zin te maken. In oktober vermeldt het notulenboek: ‘Dewijl de pagters onder malcanderen weten te colluseren (samen te spannen) en te complotteren wegens de stadspagt en dan onder malcander setten tot merckelijke prejuditie (nadeel) van de stad’. Het Stadsbestuur beraadt zich op maatregelen hier tegen.

Een ingekleurde tekening uit het archief van een gedeelte van de stadswal en de Veersche Poort, de Walcherse dijk naar Veere en het haventje met de daarachter liggende houwer uit 1590.
Een ingekleurde tekening uit het archief van een gedeelte van de stadswal en de Veersche Poort, de Walcherse dijk naar Veere en het haventje met de daarachter liggende houwer uit 1590.