1697

In september sluiten Engeland en de Republiek der Verenigde Nederlanden een vredesverdrag met Frankrijk. Daardoor komt een eind aan de Negenjarige Oorlog. Eén van de gevolgen van het vredesverdrag is dat de zogenaamde ’Barrière’ in de Zuidelijke Nederlanden (het huidige België) tot de toestand van 1678 wordt teruggebracht. Over dit barrièregebied zullen in de komende tientallen jaren aanhoudende conflicten tussen de omliggende landen zijn. Met ‘de Barrière’ wordt de rij van steden in de Zuidelijke Nederlanden bedoeld, waarin de Republiek van 1715 tot 1783 een bezetting mocht leggen.
De Vrede na de Negenjarige Oorlog is ook in Arnemuiden merkbaar. De Staten van Zeeland verzoeken het Stadsbestuur in oktober de Vrede op plechtige wijze te vieren.

 * * *

Over 1697 zijn weinig bijzonderheden te vermelden. Tot burgemeester in de plaats van de aftredende Dirck Tops wordt uit de op dubbeltal gestelde Jacob Broeder en Michiel Verhage de bakkersbaas Jacob Broeder gekozen.

Nog steeds is het Stadsbestuur zeer ontevreden over haar secretaris Rogier van der Burgt. Met ‘eenparigheid van al de leden deser vergadering’ wordt de secretaris aangezegd dat de magistraat ‘groot misnoegen heeft in deszelfs compartement’. Hij vervult zijn ambt op zeer slechte wijze. Hij krijgt vier maanden de tijd om zijn leven te beteren.

De stadswallen worden verpacht aan Pieter Jacobse Blieck, de in 1689 uit Serooskerke afkomstige smid in de smederij ‘De Dry Hoefyzers’ in de Nieuwstraat. Eeuwenlang was het gebruikelijk dat het vee op de wallen graasde. Ook de watergang wordt ‘uit de hand’ publiek verpacht. Het water in de vesten en de watergangen was in deze tijd nog rijk aan vis. Geregeld komen we ook de aanbesteding van ‘het wieden van de Markt’ tegen. Dit jaar wordt Adriaan van der Gucht hiermee belast in de plaats van Adriaan Damsté.

* * *

Het schijnt dat vele oude huizen in bouwvallige toestand verkeren. Want het Stadsbestuur besluit in december, ’alzo geduurig nog voortgegaan wordt met huyzen af te breken en deselve materialen te vervoeren, niettegenstaande het menigvuldig verbod, tselve andermaal te publiceren en af te lezen van de puy van het Stadhuys en in het toecomende een nauw regard (toezicht) daarop te nemen’.

De diaconie heeft tot nu een armenhuis aan het Sint Jan Leeuwenstraatje (thans de Lionstraat). Dit is zeer bouwvallig. Men besluit dit af te breken, mits op deze plaats een muur aan de straatkant wordt gemaakt.
Ook besluit het Stadsbestuur het haventje van de stad te laten uitdiepen, zonder verder aan haven en kaai bijzondere reparaties te doen.

* * *

De Arnemuidse bierbrouwer van de brouwerij ‘De Waerelt’ op de hoek van de Noordstraat en de Nieuwstraat, Cornelis Angillis, krijgt opnieuw voor een jaar de ‘zuade plaak’ op de oude voet gegund. Wat hieronder verstaan moet worden is onduidelijk. De ‘zuade plaak’ schijnt te Arnemuiden een algemeen bekend begrip geweest te zijn.

Dit jaar vestigt zich Pieter Tijtgat als bakkersbaas te Arnemuiden. Vermoedelijk is de uit Wacken in Vlaanderen afkomstige Tijtgat een Hugenoot. Hij gaat wonen in het huis ‘De Sonne’ boven aan de Markt, op de hoek van de Marktpoortstraat. Eeuwenlang, tot aan het begin van de 20e eeuw, is in dit hoekhuis een bakkerij met bakkerswinkel gevestigd geweest.
De andere bakkersbaas, Jacob Broeder, heeft z'n bakkerij met winkel in het pand ‘De Swarte Ruyter’ aan de noord/west zijde van de Westdijkstraat.

Een afbeelding uit de Cronyk van Smallegange met een gezicht op de stad Arnemuiden aan het einde van de 17e eeuw.
Een afbeelding uit de Cronyk van Smallegange met een gezicht op de stad Arnemuiden aan het einde van de 17e eeuw.