1753

Dit jaar worden kapitale bedragen besteed aan het bevaarbaar houden van het vaarwater voor Arnemuiden. Uit de Stadsrekeningen van Middelburg over 1752 en 1753 blijkt dat aan J.W. Brieving en compagnons wordt betaald £ 2306.13.4 voor het leggen van twee rijsdammen aan de noord- en zuidzijde van de Arne en voor het repareren van enige roeden dijk aan het schor van de Nieuwerkerkepolder. In 1753 betaalt men voor deze werkzaamheden £ 2860.

* * *

Van 1753 zijn weinig bijzonderheden te vermelden.
In het Stadsbestuur treden enkele wijzigingen op. Cornelis van Ginhoven volgt de aftredende burgemeester Cornelis de Mol op. Hij is tevens secretaris van de stad. De andere burgemeester is de boer van het Hof in de Oranjepolder Jacob van de Kreke. Schepenen zijn de smid Jan Peere, de timmermansbaas Gerrit van der Leije, de chirurgijn Johan Ladenbergen en de timmermansbaas Maarten Adriaanse. Raden zijn de schoenmaker Pieter Abramse, Casper Visser en Cornelis de Mol.

De verpachtmaaltijd wordt weer als vanouds gehouden. Stadsbode Harthoorn legt een rekening over wegens leverantie van ‘vlys als anders’ van £ 9.10.8 Vlaams. En de wijnhandelaar Ferny komt met een rekening van wijn ‘tot de verpagtmaaltijd en het avontmaal’ van £ 19.15.-.

Matie Symons, weduwe van Francois Loneer, krijgt toestemming in de stad te komen wonen en zich te generen met een kinder- en breischool. En Jan Lagrand uit Kloetinge mag zich als kleermakersbaas binnen de stad vestigen.

Er bestaan onder de inwoners klachten over het onbehoorlijke functioneren van de stadsvroedvrouw Leuntje Maranus. Tegen verscheidene vrouwen, waar ze voor een bevalling is gehaald, heeft ze gezegd dat, ‘ingevalle sy den vrouw van Joris Pinte in den arrebyt off in het huysholden ziet, sy alsdan soude weggaen en deselve laten zitten’. Het Stadsbestuur ontbiedt de vroedvrouw. Ze geeft toe deze woorden te hebben geuit en dat ze waar zijn. Het Stadsbestuur neemt dit gedrag zeer hoog op en bindt haar op het hart dat, ‘alsoo deselve handel is streckende tot seer quade gevolgen, deselve voortaan niemant alwaer sy tot het waernemen van haar functie gehaalt werd, wette sal hebben voor te schryven op peene, so wanneer enige klagten aan dese Regering van haar onbehoorlyke handel mogten worden gedaan, dat als dan haar tractement sal worden verminderd op 20 gulden ‘s jaars’.

* * *

Op ‘de Bolle van het ouwde Hooft’ worden enige oude planken vastgemaakt tot gerief van de veerman. Later besluit men, ‘alsoo de kaay van de Bolle van het ouwde Hooft geheel dient vernieuwd te werden’, deze te vernieuwen op de meest voordelige wijze.

In augustus breekt een roede van de molen en valt naar beneden. En aangezien het ‘slegt met de Vinantie van de stad gesteld is’ zo wordt besloten hierover met de heer Capello van de houtzaagmolens te Nieuwland te handelen over een oude, bij de Sociëteit van de zaagmolens afgelegde roe ‘ingevalle naar nauwkeurige examinatie deselve bevonden wert nog goet te syn en soo niet dan een nieuwe van deselve te kopen tot de minste prys’.

In december besluit de stadsregering de dubbele rij olmenbomen, ‘staande op de Veersche dijk tegen de docke’, van de winter te rooien en met de stokke te verkopen.
David van de Kreke, erfpachter van het einde van de Veersedijk, vraagt om de strook essebomen, staande tegen zijn moeshof op de dijk, te mogen rooien en uitdoen. Hij krijgt toestemming mits hij zoveel andere essen- of olmenbomen in de plaats plant daar deze het best zouden groeien.

* * *

Ook weinig opmerkelijks is te melden van de kerk. Aftredend zijn dit jaar de ouderlingen Jacob van de Kreke en Cornelis Cornelisse. In hun plaats komen Marinus Haay en Abraham Francooys en nieuwe diakenen worden Cornelis Cornelisse en Jacob Cornelisse. 21 personen leggen geloofsbelijdenis af.
De kerkenraad besluit dat de schoenen voor de ‘armenkinderen’ zullen worden gemaakt door de schoenmakers Jan Catte en Pieter Abramse. Aan het Stadsbestuur wordt dringend gevraagd ‘het speelen van de viool op pinksteren te verbieden’. De vroede vaderen verbieden dit echter niet, maar besluiten het op z’n beloop te laten.